- LOB
Deel 3. Van vo naar ho - in gesprek met eindexamenleerlingen: Verheugen, twijfelen en alles proberen bij te benen
29 januari 2025
Het examenjaar is een drukke tijd waarin scholieren niet alleen hun examens voorbereiden, maar ook nadenken over hun toekomst. Welke opleiding past bij hen, en hoe combineren ze dit met de uitdagingen van het examenjaar?
In deze serie volgen we leerlingen uit de regio Rotterdam/Drechtlanden in hun overgangsjaar. In deze aflevering spreken we met vier scholieren: Indra van Hattem en Robin de Wilde van mytylschool De Brug (havo), Elma Rozema (vwo, Wartburg College) en Sanne Spuij (havo, Portus Farelcollege). Zij delen hun dromen, twijfels en uitdagingen van dit moment.
Uitdagingen zijn er volop in het leven van deze vier scholieren. De examens komen al in zicht voor de eindexamenkandidaten, maar het zijn vooral de dagelijkse schoolopdrachten die nu al hun aandacht opeisen.
Elma heeft een volle agenda met een luistertoets, een schrijfopdracht en vijf SO’s voor Duits. “En dat is nog maar één vak”, zegt ze met lichte verontwaardiging. Indra moet aan drie werkstukken werken en ervaart dat als chaotisch.
Sanne voelt zich ontmoedigd door de lage cijfers die ze tot nu toe heeft gehaald, terwijl ze enorm haar best doet om geen enkele les te missen. Want dat kan ze zich niet veroorloven, vindt ze. “Ik leer vaak te veel en krijg daardoor vaak een black-out. Soms huil ik mezelf in slaap van de stress.”
Minder Robin, meer een nummer
Robin voelt die druk niet zo. Hij heeft op mytylschool De Brug de gelegenheid om zijn examens over twee jaar te spreiden. Zijn definitieve studiekeuze hoeft hij pas volgend jaar te maken.
Eerder was hij het meest enthousiast over de opleiding tot leraar Duits, nu twijfelt hij of bestuurskunde misschien een betere keuze is. “Ik ben betrokken bij de lokale politiek, dus bestuurskunde sluit daar mooi op aan,” vertelt hij. Hij heeft nog veel uit te zoeken en wil daarvoor open dagen bezoeken. “Volgend jaar heb ik meer tijd om me te oriënteren.”
Voor Robin is vooral de grootschaligheid van het hoger onderwijs een zorgpunt. “Ik ben bang om een nummer te worden en dat ik daar minder ‘Robin’ kan zijn. Maar ik denk dat ik dat kan bijsturen als ik assertief genoeg ben.”
Hbo of mbo
Sanne is doelbewust zo vroeg mogelijk begonnen met een studiekeuze en heeft vorig jaar al besloten dat ze verpleegkunde wil studeren. Ze twijfelt nu tussen hbo en mbo. Ze weet de verschillen tussen mbo en hbo goed uit te leggen, dankzij de open dagen die ze bezocht heeft.
“Ik denk dat mbo een betere keuze is, omdat ik graag aan het bed wil staan”, legt ze uit. “Omdat mijn cijfers niet zo goed zijn, denk ik ook dat het mbo beter aansluit. Al vraag ik me wel af of ik me niet ga irriteren als de stof drie keer uitgelegd wordt.”
Gewoon ergens beginnen
Elma’s keuze is helder: de pabo. “Toen ik vijf was, riep ik al dat ik juf wilde worden,” lacht ze. Ze heeft ook enkele andere opties overwogen, zoals pedagogiek of psychologie. “Maar uiteindelijk kom ik toch steeds weer uit bij de pabo. Je moet gewoon maar ergens aan beginnen.”
De werkdruk op de pabo is pittig, weet Elma. “Ik wil vanaf het begin het schema goed volgen”, zegt ze. “Want als ik achterloop, raak ik het overzicht kwijt. Dat betekent misschien dat ik mijn gewoonte moet opgeven om nooit in het weekend te leren. Of misschien kan het maandagochtend, in de trein naar school…”
Vavo als tussenstap
Indra kiest na de havo voor een tussenstap via de vavo (Voortgezet algemeen volwassenenonderwijs), omdat er geen vwo-school voor speciaal onderwijs in de regio is. Haar uiteindelijke doel is taalwetenschap studeren aan de Universiteit Leiden. “Op de vavo doe ik examens in vier vakken per jaar, zodat het behapbaar blijft,” vertelt ze.
Evengoed ziet ze op tegen de overstap van speciaal naar regulier onderwijs, die in haar beleving heel groot is. Haar klasgenoot Robin moet lachen als ze haar twijfels deelt. “Ik heb het volste vertrouwen in Indra, want zij heeft een cijferlijst waar je jaloers op wordt.”
Studiekeuze: wat helpt?
De scholieren hebben verschillende strategieën om hun studiekeuze te vergemakkelijken. Sanne gaat het advies van haar decaan opvolgen om zich zowel voor hbo als mbo in te schrijven. “Dan is die plek gereserveerd en kan ik later nog de keuze maken. Voor mij een grote opluchting”, vertelt ze.
Indra benadrukt het belang van vroeg beginnen. “Ik dacht eerst dat ik alleen een taal kon studeren, maar later ontdekt ik dat taalwetenschap ook een optie is. Daarmee ben ik erg blij, want ik denk dat onderzoek doen goed bij mij past.”
Elma ziet hoe vrienden nog een studiekeuze moeten maken, terwijl het examenjaar nauwelijks ruimte geeft om daar goed over na te denken. Ook zij raadt aan om zo vroeg mogelijk te beginnen met de studiekeuze.
“Als je pas in je examenjaar begint, heb je er veel stress van. De tijd ontbreekt om er veel aan te doen, want je moet al zo veel voor school doen. Ga niet zomaar psychologie doen omdat je niets anders weet. Als je niet toegelaten wordt, heb je bovendien geen plan B.”
Toekomstperspectieven
Als ze in gedachten nemen hoe ze er over een jaar bij zitten, wat zien ze dan voor zich? Ondanks de obstakels zien de scholieren hun toekomst hoopvol tegemoet. Elma kijkt uit naar de gezelligheid van de pabo. “Ik denk dat ik het daar super naar mijn zin ga hebben. We gaan eerst op kamp, waar je snel nieuwe mensen leert kennen. Heel leuk, want we delen allemaal dezelfde passie.”
Ook Indra ziet de overgang naar de vavo positief in. “Ik denk dat het een gezellige en kleinschalige omgeving wordt. Minder lang met de metro reizen is ook fijn.”
Sanne is enthousiast over de meeloopdag in een ziekenhuis, waar ze alvast een behandelkamer mag bezoeken. Maar eerst moet ze nog het examen zien te halen, voor haar een serieuze hobbel. “Het ergste wat er kan gebeuren, is dat ik het nog een jaar over doe. Misschien werkt het wel als ik minder leer en meer kan loslaten, zodat ik niet meer die black-outs heb. Uiteindelijk komt het goed.”